Konjugation zu verleugnen
- Wortart: ⓘ
- schwaches Verb
- Häufigkeit: ⓘ
-
▒▒░░░
Grammatik
ⓘschwaches Verb; Perfektbildung mit „hat“
Indikativ
- Präsens
- verleugne (mich)
- verleugnest (dich)
- verleugnet (sich)
- verleugnen (uns)
- verleugnet (euch)
- verleugnen (sich)
- Präteritum
- verleugnete (mich)
- verleugnetest (dich)
- verleugnete (sich)
- verleugneten (uns)
- verleugnetet (euch)
- verleugneten (sich)
- Perfekt
- habe (mich) verleugnet
- hast (dich) verleugnet
- hat (sich) verleugnet
- haben (uns) verleugnet
- habt (euch) verleugnet
- haben (sich) verleugnet
- Plusquamperfekt
- hatte (mich) verleugnet
- hattest (dich) verleugnet
- hatte (sich) verleugnet
- hatten (uns) verleugnet
- hattet (euch) verleugnet
- hatten (sich) verleugnet
- Futur I
- werde (mich) verleugnen
- wirst (dich) verleugnen
- wird (sich) verleugnen
- werden (uns) verleugnen
- werdet (euch) verleugnen
- werden (sich) verleugnen
- Futur II
- werde (mich) verleugnet haben
- wirst (dich) verleugnet haben
- wird (sich) verleugnet haben
- werden (uns) verleugnet haben
- werdet (euch) verleugnet haben
- werden (sich) verleugnet haben
Konjunktiv I
- Präsens
- verleugne (mich)
- verleugnest (dich)
- verleugne (sich)
- verleugnen (uns)
- verleugnet (euch)
- verleugnen (sich)
- Perfekt
- habe (mich) verleugnet
- habest (dich) verleugnet
- habe (sich) verleugnet
- haben (uns) verleugnet
- habet (euch) verleugnet
- haben (sich) verleugnet
- Futur I
- werde (mich) verleugnen
- werdest (dich) verleugnen
- werde (sich) verleugnen
- werden (uns) verleugnen
- werdet (euch) verleugnen
- werden (sich) verleugnen
- Futur II
- werde (mich) verleugnet haben
- werdest (dich) verleugnet haben
- werde (sich) verleugnet haben
- werden (uns) verleugnet haben
- werdet (euch) verleugnet haben
- werden (sich) verleugnet haben
Konjunktiv II
- Präteritum
- verleugnete (mich)
- verleugnetest (dich)
- verleugnete (sich)
- verleugneten (uns)
- verleugnetet (euch)
- verleugneten (sich)
- Plusquamperfekt
- hätte (mich) verleugnet
- hättest (dich) verleugnet
- hätte (sich) verleugnet
- hätten (uns) verleugnet
- hättet (euch) verleugnet
- hätten (sich) verleugnet
- Futur I
- würde (mich) verleugnen
- würdest (dich) verleugnen
- würde (sich) verleugnen
- würden (uns) verleugnen
- würdet (euch) verleugnen
- würden (sich) verleugnen
- Futur II
- würde (mich) verleugnet haben
- würdest (dich) verleugnet haben
- würde (sich) verleugnet haben
- würden (uns) verleugnet haben
- würdet (euch) verleugnet haben
- würden (sich) verleugnet haben
Imperativ
- verleugne (dich)!
- verleugnet (euch)!
Infinite Formen
- Infinitiv mit zu
- zu verleugnen
- Partizip I
- verleugnend
- Partizip II
- verleugnet
